Het renterisico van kortlopende (of vlottende) schulden wordt bepaald op basis van de kasgeldlimiet. De kasgeldlimiet wordt berekend op basis van een percentage van de totale begrotingsomvang. Dat percentage is door de minister vastgesteld op 8,5%. De gemeente mag voor deze ruimte kortlopende schulden aangaan. Verantwoording over de ruimte binnen de kasgeldlimiet wordt afgelegd aan de provincie.
Zoals in de tabel weergegeven, beschikt de gemeente Gennep overwegend over een vlottend overschot. In het 2e kwartaal van 2020 is een korte kasgeldlening aangetrokken om in de liquiditeitsbehoefte te kunnen voorzien. Verwacht wordt dat in 2021 ook deels gebruik gemaakt dient te worden van kasgeld. Een structurele overschrijding van de kasgeldlimiet wordt niet verwacht. Indien de structurele financieringsbehoefte groter is dan de kasgeldlimiet dan dienen er langlopende leningen aangetrokken te worden.
Kasgeldlimiet (x € 1.000) | |||||
---|---|---|---|---|---|
2019 Q3 | 2019 Q4 | 2020 Q1 | 2020 Q2 | ||
B | Omvang begroting (= grondslag) | € 50.913 | € 50.913 | € 56.002 | € 56.002 |
1 | Toegestane kasgeldlimiet (8,5% van B) | € 4.328 | € 4.328 | € 4.760 | € 4.760 |
2 | Vlottende schuld, gemiddeld | € 0 | € 0 | € 0 | € 761 |
3 | Vlottend overschot, gemiddeld | € 6.692 | € 7.060 | € 2.337 | € 0 |
Ruimte onder limiet (1+3) | € 11.019 | € 11.388 | € 7.097 | € 4.760 | |
Ruimte (+) / Overschrijding (-) (1-2) | € 4.328 | € 4.328 | € 4.760 | € 3.999 |